Wintermarkt, gedroogde appeltjes en pruimentaartjes


Gisteren stond ik op een wintermarkt met een kraampje vol baksels en brouwsels van oogst uit eigen tuin. Ik weckte, droogde, stoofde en bakte de afgelopen tijd steeds van de overvloed aan tomaten, pruimen en appels. Een heerlijk ontspannende bezigheid vind ik dat. Gisterochtend bakte ik de laatste pruimentaartjes en vertrok bepakt en bezakt naar de markt. Mijn missie: goed onderwijs voor kansarme kinderen in India. De volledige opbrengst van mijn koopwaar (inmiddels geteld: €330,-!!) gaat naar deze stichting.


Best een beetje spannend, zou 't allemaal wel in de smaak vallen bij het publiek? Gelukkig was deze ongerustheid voor niets, aan het einde van de markt was ik zo goed als uitverkocht en een hoop klinkende munten en inspirerende verhalen rijker!

Voeding en eetgewoonten leveren altijd veel gespreksstof, dat merkte ik ook deze keer. Gedroogde appeltjes bijvoorbeeld. Vroeger kon je ze in oktober/november bij de bakker laten drogen. Of zelf aan 'riesen' laten drogen, op de zolder langs het metselwerk van de kachelpijp. Eenmaal gedroogd, bewaarde men ze in een groot (koffie)blik. Als kind wist je die natuurlijk wel te vinden en grabbelde je er af en toe stiekem een handje uit. Echt lekker hoor, want ook de kinderen die ik gister aan mijn kraampje trof, lieten zich de appeltjes goed smaken.

De pruimenmarmelade die ik in augustus maakte, gebruikte ik voor kleine eenpersoons pruimentaartjes. Precies volgens het recept van mevr. A. Manden, van de Haagsche Kookschool:


Pruimentaartjes
500 gram bloem, 300 gram suiker, 165 gram boter, 2 eieren, marmelade (ca. 500 ml)
(tip: doe ook een snuf zout en wat geraspte citroenschil door het deeg)

Bereiding: Kneed alles, behalve de marmelade, flink dooreen; bestrooi een plank en rol met bloem; rol het deeg voorzichtig uit, snijd het in stukken, vul daarmede taartvormpjes, bedek het deeg met pruimen- of andere marmelade en laat de taartjes gaar worden in een matig verhitten oven.

Niet heel ingewikkeld dus. Ik maakte het deeg van tevoren en liet het rusten in de koelkast. De volgende dag iets op temperatuur laten komen en ronde deeglapjes (Ø 8cm) uitgestoken. Een goed beboterde tartelette bakvorm bekleedde ik met deze lapjes. Dit werkje kun je al van te voren doen, ik schoof de bakplaat opnieuw in de koelkast, goed afgedekt. Vlak voordat je de gebakjes wilt serveren hoef je alleen nog de marmelade erin te scheppen. Deegkapje erop (ik koos voor 'n kerststerretje), even afstrijken met ei en hup! in de oven. Op 175 °C in ca. 20 minuten goudbruin en gaar bakken. Je kunt voor deze taartjes ook heel goed een cupcakebakvorm gebruiken. Vul de vormpjes niet hoger dan tot iets boven de helft. Dit recept levert ongeveer 35 eenpersoons taartjes op. Perfect om deze kerst eens bij de koffie te geven. Een keer iets anders en ze vallen niet zwaar op de maag!

Reacties

Populaire posts