Ketelkoek

Aanstaande zaterdag wordt er in de melkfabriek garmerwolde een poffertverhalenmiddag georganiseerd. In Groningen noemen wij het poffert, maar in andere streken van Nederland wordt het ook wel boffert, broeder, ketelkoek of trommelkoek genoemd. Andere variaties zijn klont en jan-in-de-zak. Voorin het boekje wat Wilhelmina Bunk startte (waarschijnlijk bij haar huwelijk in 1861) staat een recept van ketelkoek. In deze periode werden de recepten nog erg summier beschreven, men ging ervan uit dat er enige kookervaring aanwezig was!

Voor ketelkoek rekenen wij op 1 pond (tarwemeel)van de fabriek, 2 eijeren, de eijeren moeten eerst geklopt worden. Vervolgens 1 weinig zout er in gedaan, en dan het meel daarin gedaan, dit verder aangelengd met melk op de gis, welke met eene scheut warm water moet worden gewarmd. Alles goed door elkaar zijnde doet men de rozijnen erdoor, het beslag moet niet te dun zijn, anders komen de rozijnen te veel op ééne plek. Daarna moet er een stukje gest in gedaan hetwelk opgelost is in een deel van dezelfde melk. Verder moet het 1 uur rijzen. Daarna in de vorm gedaan, een goede vinger onder de rand dan kan dezelve nog wat rijzen, de vorm moet met boter besmeerd worden, en daarna in water gezet. Als het water kookt begint men te rekenen en kookt men voor ieder pond 1/2 uur.

Als rijsmiddel wordt gist gebruikt. In de oudere recepten wordt nog geen gebruik gemaakt van zelfrijzend bakmeel. Dit werd rond 1845 uitgevonden door de Engelse bakker Henry Jones, hij bakte er 'brood' en cakes van voor het Britse leger. Wat een verademing in plaats van die droge beschuiten en crackers.

Mocht je niet uit het bovenstaande recept komen... kom aanstaande zaterdag gezellig langs in Garmerwolde! Deze middag staat bol van poffertverhalen, herinneringen en proeverijen. Vanaf 13:00 gaat de deur van het museum open. Zelf doe ik ook mee, 'k ga een paar overheerlijke pofferts meenemen. Wie geïnteresseerd is keukengerei en oude recepten; graag laat ik er het een en ander lezen, zien en proeven.