Opperdoezer Ronde
Onze zoon heeft een bijbaantje als inpakker bij een aardappelgroothandel. De afgelopen weken was het druk, er is volop seizoenshandel. Waar hebben we het dan zoal over? Juist: de Opperdoezer Ronde! We zijn er hier thuis dol op en ik probeer iedere zomer toch wel een keer Opperdoezers op tafel te zetten. Opperdoezer Ronde is een echt Hollands ras, wat geteeld wordt in de nabije omgeving (tot 1km vanaf de kerk) van Opperdoes. De aardappel gedijt het best op zavelrijke grond, een zandgrond met een licht gehalte aan klei. Het ras is een mutatie van een negenweker, een oud vroeg snelgroeiend aardappelras (groeiseizoen van 9 weken), toevallig ontdekt door dhr J. Sluis uit Andijk. Hij ging er in 1860 mee aan de slag, zijn aardappels werden ‘Sluis’ of ‘Rondes’ genoemd. In 1867 werd deze ronde aardappel veredeld en als ‘Opperdoezer Ronde’ aan de man gebracht. Rond de eeuwwisseling was het een van de belangrijkste producten van Opperdoes. Tegenwoordig heeft het een beschermde status en worden er zo’n 4 miljoen kilo Opperdoezers per jaar geteeld.
Voor de fijnproever is de Opperdoezer een echte delicatesse! De aardappel heeft een vrij laag zetmeelgehalte, is (dus) vastkokend en bevat veel vitaminen en mineralen. Je eet ‘m het liefst in z’n dunne schilletje gekookt met een beetje gewelde boter. Een aantal chef-koks hebben zich er helemaal op uitgeleefd, zoals te zien in dit filmpje.
Ik ga voor de pure smaak van het aardappeltje, zonder al te veel poespas. In het kookboek van Gesina Bunk staan behoorlijk wat recepten voor sauzen en mayonaises. Op een los kladje vond ik het recept voor deze botersaus. Het bijzondere zit ‘m er in dat de saus nog ruim een half uur op smaak moet komen, nadat de specerijen zijn toegevoegd. Een klassieke bereiding uit de Franse keuken. En nu, bij deze aardappel eens het proberen waard. Zo maak je het:
1/2 ons boter, 1 1/2 lepel meel, 2 kopjes bouillon, 1 ui, 2 kruidnagels, 4 peperkorrels, 1 citroenplakje
Boter iets smelten, meel eenige minuten doorroeren, bouillon steeds roerende bijvoegen, dan de kruiden. 1/2 tot 3/4 uur laten koken, dikwijls roeren.
Voor de fijnproever is de Opperdoezer een echte delicatesse! De aardappel heeft een vrij laag zetmeelgehalte, is (dus) vastkokend en bevat veel vitaminen en mineralen. Je eet ‘m het liefst in z’n dunne schilletje gekookt met een beetje gewelde boter. Een aantal chef-koks hebben zich er helemaal op uitgeleefd, zoals te zien in dit filmpje.
Ik ga voor de pure smaak van het aardappeltje, zonder al te veel poespas. In het kookboek van Gesina Bunk staan behoorlijk wat recepten voor sauzen en mayonaises. Op een los kladje vond ik het recept voor deze botersaus. Het bijzondere zit ‘m er in dat de saus nog ruim een half uur op smaak moet komen, nadat de specerijen zijn toegevoegd. Een klassieke bereiding uit de Franse keuken. En nu, bij deze aardappel eens het proberen waard. Zo maak je het:
1/2 ons boter, 1 1/2 lepel meel, 2 kopjes bouillon, 1 ui, 2 kruidnagels, 4 peperkorrels, 1 citroenplakje
Boter iets smelten, meel eenige minuten doorroeren, bouillon steeds roerende bijvoegen, dan de kruiden. 1/2 tot 3/4 uur laten koken, dikwijls roeren.
 |
Reacties
Een reactie posten